“The universe is not outside of you. Look inside yourself; everything that you want, you already are.”
– Rumi
Het bovenstaande probeerde ik vannacht te verwezenlijken in een koele nacht, worstelend met een kleine verkoudheid, alle trucks, zoals een buff op je hoofd en om je nek, een fleece vest aan, en de poncho als derde laag over je heen draperen toepassend, om warm te blijven. Het lukte mij wel om warm te blijven blijven, de verlichting laat nog nog een paar dagen op zich wachten, hike to the light, de sufitrail, duurt nog voort.
Ondertussen probeerde Hetty in de buurtent haar eigen strijd te winnen: twee slaapzakken die weigerden samen te werken. De mummiezak vond ze te benauwd, dus koos ze voor een rechte slaapzak met de mummiezak eroverheen. Resultaat? Een nacht vol geschuif en gesnurk (mijn verkoudheid hielp niet bepaald). Toch stonden we ’s ochtends uitgerust op.
Het opzetten van de tent is inmiddels routine – de derde keer gaat al soepeler. Na een simpel maar bevredigend ontbijt en het opruimen van de kampeerplek, begonnen we aan de wandeling. Het landschap: weer adembenemend, weer anders.
Halverwege verloor ik Hetty even uit het oog. Zij had samen met anderen een tipi ontdekt waar een jongen vijf dagen tussen de beren had gekampeerd. Daarna Intussen liep ik met Tilleke en Hetty voorop, waar we door locals werd uitgenodigd voor thee. Uiteraard accepteerden we dat. Ik appte de groep, en toen de rest naderde, floot ik – met hetzelfde kapotte fluitje als altijd – om ze te lokaliseren. Mijn positie in de deuropening maakte het fluiten wat onhandig, maar uiteindelijk verzamelden we ons buiten vanwege de drukte. Gastvrijheid kent hier geen grenzen: er kwamen zelfs zelf zongedroogde abrikozen (die zijn donkerder en lekkerder) bij de thee!
Na een lunchpauze in een theehuis wandelden we door naar het eindpunt. De diehards slapen daar op een camping, wij kozen met Anna en Rina voor een taxi naar een charmant hotel. De chauffeur, een vlot Engelssprekende boer met een studieachtergrond, vertelde over zijn leven: hij combineert taxiritten met het verbouwen van broccoli vanwege het schaarse werk.
In het hotel ontmoetten we Jeremy en Kaye uit Australië – directe, energieke types. Zij hadden al gegeten, en de rest van onze groep had andere plannen, dus trokken we zelf de stad in. Bij een Rasta-café vroeg Hetty naïef of het een *locanta* (traditioneel Turks restaurant) was. De bediende, een jongen met donkere ogen en haar tot zijn schouders, kwam zelfs even achter ons aan gelopen: *“Wat zoeken jullie precies?”* Simpel antwoord: iets vegetarisch. Hij overlegde met de keuken en *voilà*: tortilla’s gevuld met groente en kaas.
Binnen was het een feest van kleuren en geuren – een hippiecafé met vintage tapijten en Bob Marley aan de muur. We waren de enige gasten. De jongen die ons hielp, bleek een gitarist die spontaan met een oude bandmaat kwam spelen. Ze speelden nummers van The Beatles, Bob Dylan, en – tot onze verbazing – *Venus* van Shocking Blue! “Nederlandse legends,” zei hij grinnikend. Hij was groot fan, zeker van de gitarist. We probeerden ze een drankje aan te bieden, maar ze bleven bij thee.
Bij het afrekenen gaf ik per iets te veel geld, als fooi, maar de eigenaar begreep niet dat ik expres meer gaf en niet alleen afronde. Maar
uiteindelijk accepteerde de jonge alternatieve vrouw het. Voor geïnteresseerden: Café Rasta ([link](https://g.co/kgs/AFBCtr5)). De live muziek is geen garantie, maar de tortilla’s en sfeer wel.
Nu snel slapen – morgen vroeg terug naar het trail-eindpunt.
Geluk en liefde voor jullie allemaal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Vergeet niet je naam onder je bericht te zetten!